De huurcommissiezaken
Een zaak aanhangig maken
Een procedure bij de huurcommissie kan alleen schriftelijk via een verzoekschrift aanhangig worden gemaakt (art. 7:257 lid 1 BWA). De procedure en alle krachtens titel 7.4 opgemaakte stukken zijn vrij van kosten (art. 7:260 BWA). Indien een verzoekschrift onvolledig is ingevuld, biedt de secretaris de verzoeker de mogelijkheid het verzoekschrift aan te vullen en is hem daarbij zoveel mogelijk behulpzaam (art. 7:257 lid 2 BWA).
De behandeling van de zaak
De huurcommissie behandelt geen zaak dan indien drie leden aanwezig zijn (art. 7:258 lid 1 BWA). De huurcommissie kan getuigen of deskundigen (doen) horen, die verplicht zijn te verschijnen en de verzochte informatie te geven (tegen een vergoeding), als ook die door partijen zijn meegebracht (art. 7:259 BWA). De leden en de secretaris zijn verplicht tot geheimhouding van de beraadslaging en al hetgeen hun in de hoedanigheid is bekend geworden (art. 7:261 BWA). De leden onthouden zich voorts van deelneming aan zaken die hun echtgenoot, bloed- of aanverwant tot en met de derde graad aangaat of waarin een van deze personen als gemachtigde is betrokken (art. 7:262 BWA).
De oproeping van partijen en van getuigen en deskundigen om bij de behandeling van de zaak aanwezig te zijn geschied met overeenkomstige toepassing van titel 1.10, afdeling 3 van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering inzake de regels met betrekking tot de oproeping bij zaken waarin een beschikking wordt gegeven (art. 7:263 BWA). Huurder en verhuurder kunnen zich door een (schriftelijke) gemachtigde doen bijstaan of vertegenwoordigen (art. 7:264 BWA). De huurcommissie kan, alvorens over te gaan tot behandeling en beslissing van de zaak, een of meer van haar leden opdragen de zaken te onderzoeken, dan wel een plaatselijk onderzoek in te stellen of getuigen of deskundigen te horen (art. 7:265 BWA). De secretaris is bij de zittingen aanwezig en houdt aantekeningen van de inhoudelijke behandeling van de zaak (art. 7:270 BWA).